Home Bellen + appen = geweld in de zorgrelatie?

Oswald Nunes

Tuchtrecht
/

Bellen + appen = geweld in de zorgrelatie?

Hoe beoordeelt de tuchtrechter een klacht over een stalkende verpleegkundige?

Een verpleegkundige is werkzaam bij een instelling in de geestelijke gezondheidszorg. Hij kent een patiënte die vrijwillig wordt opgenomen uit eerdere opnames. De verpleegkundige belt vanaf zijn huisadres met zijn privételefoon veelvuldig met de patiënte en stuurt haar ook WhatsApp-berichten. De patiënte informeert de instelling hierover. De leidinggevende draagt de verpleegkundige op onmiddellijk te stoppen. De verpleegkundige geeft hieraan echter geen gehoor. De verpleegkundige wordt vervolgens op non-actief gesteld en wordt een communicatieverbod met collega’s en de patiënte opgelegd. De verpleegkundige neemt hierna zelf ontslag.

De zorginstelling meldt het incident bij de Inspectie voor de Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ). Op verzoek van IGJ brengt de instelling een rapport uit in overeenstemming met de Richtlijn onderzoeksrapportage bij geweld in de zorgrelatie. Het rapport bevestigt dat de verpleegkundige de patiënte veelvuldig heeft gebeld en geappt met berichten die van kwaad tot erger gingen. De laatste WhatsApp-berichten hadden als inhoud: Ik haat je, ik haat je en “Help, help me.

De instelling dient vervolgens een klacht in bij het tuchtcollege. De klacht houdt in dat de verpleegkundige met zijn handelen buiten de grenzen van zijn professie is getreden en daarmee het vertrouwen heeft geschaad dat patiënten en collega’s mogen hebben in de verpleegkundige zorg.

Het tuchtcollege verklaart de klacht gegrond en legt de verpleegkundige de zwaarste maatregel op die het wettelijk tuchtrecht kent, te weten doorhalen van de inschrijving in het BIG-register.

Het bijzondere aan deze uitspraak is, dat de klacht niet door de patiënte zelf maar door de werkgever van de verpleegkundige is ingediend. De wet (artikel 65 lid 1 onder c wet BIG) biedt een werkgever daartoe expliciet de mogelijkheid. Verder valt op dat er in deze zaak sprake is van een vorm van stalking die heeft bestaan uit het veelvuldig bellen en appen naar een patiënte. Alhoewel niet aan de wettelijke definitie van geweld in de zorgrelatie werd voldaan (zie: art. 1 lid 1 Wkkgz), is de melding wel als zodanig door IGJ gelabeld.  Gelet op de context waarin het handelen plaatsvond – een kwetsbare patiënte in de geestelijke gezondheidszorg – wordt het handelen van de verpleegkundige ook door het tuchtcollege volstrekt onacceptabel geacht. De verpleegkundige heeft de grenzen van professionele en verantwoorde zorgverlening vergaand overschreden en zich gediskwalificeerd voor het uitoefenen van het beroep van verpleegkundige in de zorg, aldus het tuchtcollege. Nu de verpleegkundige blijk heeft gegeven van onvoldoende zelfreflectie en van onvoldoende inzicht in het grensoverschrijdend karakter van zijn handelen en de gevolgen daarvan voor de patiënte, is het tuchtcollege er niet van overtuigd dat hij dit gedrag in de toekomst niet zal herhalen. Dat het gewraakte handelen plaatsvond in een periode waarin de verpleegkundige herstellende was van een (werk-)gerelateerde burn-out en dat hij teveel alcohol had genuttigd, maakt dit niet anders. De doorhaling in het BIG-register betekent dat de verpleegkundige deze wettelijk beschermde beroepstitel niet meer mag voeren. Het bellen en appen komt de (voormalige) verpleegkundige dan ook duur te staan.

Nieuwsbrief

Altijd up to date?

Blijf op de hoogte van de laatste ontwikkelingen. Schrijf je in!

Scroll naar boven