Home Beter ten halve gekeerd…

Oswald Nunes

Tuchtrecht
/

Beter ten halve gekeerd…

Een docente Spaans, de klaagster in deze tuchtzaak, meldt zich ziek nadat zij zich door collega’s gepest voelt en de directeur van de school pesten uitgesloten acht. De lerares stelt de school aansprakelijk voor de door haar geleden (psychische) schade. De schaderegelaar vraagt aan de beklaagde verzekeringsarts om een medisch advies uit te brengen. De verzekeringsarts brengt een advies uit. De conclusie luidt dat hij voor een vollediger en zorgvuldiger beeld– en besluitvorming meer informatie nodig heeft. In het bijzonder is informatie van de huisarts nodig over het al dan niet voorkomen van psychische klachten en/of het bestaan van spanningsbronnen voorafgaand aan de ziekmelding, informatie van de bedrijfsarts of arbodienst over eventueel ziekteverzuim of bezoek aan het preventiespreekuur, eerdere berichten van de lerares aan haar werkgever of verslaglegging van functioneringsgesprekken. Op basis van de beschikbare informatie kan geen evident andere majeure spanningsbron worden vastgesteld dan de kennelijk verstoorde verhouding met de werkgever, aldus de verzekeringsarts.

In haar klacht bij het Regionaal Tuchtcollege (RTG) stelt de lerares dat het advies frauduleus is en dat de verzekeringsarts wel voldoende informatie had om (definitief) te kunnen adviseren. Ook verwijt zij de verzekeringsarts dat hij heeft nagelaten om het medisch advies uit te leggen.

Het RTG overweegt dat de verzekeringsarts niet heeft geweigerd advies uit te brengen. Er is een advies uitgebracht dat op verzoek van (de gemachtigde van) de lerares is toegelicht en waarbij alle vragen zijn beantwoord. Om zijn opdrachtgever te kunnen voorzien van de feiten die noodzakelijk zijn om tot een goede beslissing te komen, heeft de verzekeringsarts geoordeeld dat meer informatie nodig was. Hij was er immers op dat moment niet van overtuigd dat de psychische problematiek veroorzaakt werd door de gebeurtenissen en omstandigheden op het werk. Het getuigt van zorgvuldigheid dat de verzekeringsarts om nadere informatie heeft gevraagd alvorens zijn (definitieve) advies te geven. In het rapport is ook gemotiveerd aangegeven waarom nadere informatie nodig was en waarom niet kon worden volstaan met de beschikbare informatie. Het rapport voldoet aan de eisen die daaraan in jurisprudentie worden gesteld. Het rapport vermeldt de feiten, omstandigheden en bevindingen waarop het berust. Het rapport geeft blijk van een geschikte methode van onderzoek om de voorgelegde vraagstelling te beantwoorden. In het rapport wordt ook op inzichtelijke en consistente wijze uiteengezet op welke gronden de conclusies van het advies steunen. Het onderzoek kan uit het oogpunt van vakkundigheid en zorgvuldigheid de tuchtrechtelijke toets doorstaan. De klacht wordt als kennelijk ongegrond afgewezen.

 

De les die uit deze uitspraak volgt is, dat een medisch adviseur die de gezondheidstoestand van een betrokkene beoordeelt professioneel en autonoom dient te handelen. De Beroepscode voor Medisch Adviseurs werkzaam in Particuliere Verzekeringszaken en/of Personenschadezaken geeft regels die de medisch adviseur helpen om zijn professionele autonomie te handhaven en toch het werk voor de opdrachtgever adequaat uit te voeren. Daarbij dient de medisch adviseur te werken volgens de professionele standaard en moeten basisbeginselen zoals zorgvuldigheid in acht worden genomen. Daarbij mag de medisch adviseur zich kritisch opstellen. Op die wijze dient de medisch adviseur zijn opdrachtgever te voorzien van feiten die noodzakelijk zijn om tot een goede beslissing te komen. Van een medisch adviseur kan niet worden verwacht dat hij op basis van een lacuneus dossier een definitief advies uitbrengt. Aandacht voor kwaliteit leidt immers tot meer arbeidsvreugde.

Nieuwsbrief

Altijd up to date?

Blijf op de hoogte van de laatste ontwikkelingen. Schrijf je in!

Scroll naar boven