Home Binnen zonder kloppen (maar niet bij de dokter)

Oswald Nunes

Tuchtrecht
/

Binnen zonder kloppen (maar niet bij de dokter)

Wat zegt de tuchtrechter als de assistente zo maar de spreekkamer van de arts binnenvalt?

Een patiënt komt regelmatig bij de huisarts. Tijdens één van de consulten komt de assistente de spreekkamer binnen met de mededeling dat het consult te lang duurt. Bij een ander consult loopt de assistente zo maar de spreekkamer binnen en mengt zij zich in het gesprek dat de patiënt met de huisarts heeft. De patiënt dient een klacht in tegen de huisarts. Hij stelt het als zeer onplezierig te hebben ervaren dat de assistente is binnengevallen in vertrouwelijke consulten die hij met de huisarts had.

Het tuchtcollege is kritisch. Consulten tussen arts en patiënt dienen te allen tijde vertrouwelijk te zijn. De patiënt moet zich veilig kunnen voelen om alles aan de orde te stellen zonder dat derden daarvan vernemen, laat staan daaraan deelnemen. Dit betekent dat een consult ongestoord moet verlopen en dat interrupties in beginsel achterwege moeten blijven. Dat de assistente een keer de spreekkamer is ingekomen om de huisarts er op te wijzen dat er sprake was van uitloop is de huisarts tuchtrechtelijk niet te verwijten. De assistente had immers geen bemoeienis met hetgeen op dat moment inhoudelijk tussen de patiënt en de huisarts werd besproken. Wel verwijtbaar is het moment dat de assistente zich bij een volgend consult inhoudelijk bemoeide met het gesprek tussen de patiënt en de huisarts. Het is begrijpelijk dat de patiënt dat als een inbreuk heeft ervaren op zijn vrijheid met zijn huisarts te bespreken wat hij wilde. De huisarts had de assistente moeten zeggen dat wat zij deed niet correct was en haar moeten vragen de deur weer te sluiten. Door dit niet te doen heeft hij jegens de patiënt onzorgvuldig gehandeld. De klacht wordt gegrond verklaard en de huisarts krijgt de maatregel van een waarschuwing opgelegd.

Deze uitspraak laat zien dat vertrouwelijkheid in de arts-patiëntrelatie (ook) door de tuchtrechter als essentieel wordt gezien. In de wet is hier zelfs een aparte bepaling aan gewijd: “De hulpverlener voert verrichtingen in het kader van de behandelingsovereenkomst uit buiten de waarneming van anderen dan de patiënt, tenzij de patiënt ermee heeft ingestemd dat de verrichtingen kunnen worden waargenomen door anderen” (art. 7:459 BW). Dit betekent dat derden – ook al is dat de assistente of een collega – niet zo maar tijdens een consult de spreekkamer kunnen binnenlopen om iets te vragen, iets te overleggen of om iets te doen. De koninklijke weg is dat eerst toestemming aan de patiënt wordt gevraagd. Geeft de patiënt geen toestemming dan zal dat moeten worden gerespecteerd. Wordt zonder de toestemming van de patiënt en zonder goede reden een consult toch onderbroken, dan kan een arts daarop tuchtrechtelijk worden aangesproken. Het motto is dan ook: bezint eer men binnenloopt!

Nieuwsbrief

Altijd up to date?

Blijf op de hoogte van de laatste ontwikkelingen. Schrijf je in!

Scroll naar boven