Home De arts die geen bedrijfsarts is maar wel in de problemen komt

Oswald Nunes

Tuchtrecht
/

De arts die geen bedrijfsarts is maar wel in de problemen komt

Het Regionaal Tuchtcollege heeft uitspraak gedaan in een zaak waarbij een werknemer zich er over beklaagt dat hij werd begeleid door een basisarts die geen bedrijfsarts is. Wat speelde er?

Een werknemer is ontevreden over haar verzuimbegeleiding. Dat is volgens haar geen wonder omdat de arts die haar heeft begeleid geen bedrijfsarts is maar (slechts) basisarts. Ook heeft de arts, aldus de werknemer, zich begeven op het terrein van de bedrijfsgeneeskunde en zich zelfs voorgedaan als bedrijfsarts.

Het tuchtcollege oordeelt als volgt. De arts is basisarts en heeft de verzuimbegeleiding bij de werknemer verricht. Anders dan de werknemer meent, mocht de arts dat doen omdat hij onder supervisie stond van een bedrijfsarts. Dit volgt uit het a) het verenigingsstandpunt van de NVvAB (Nederlandse Vereniging voor Arbeids- en Bedrijfsgeneeskunde) en b) het recentere standpunt ‘Delegatie van taken door de bedrijfsarts bij de verzuimbegeleiding’ van 12 april 2018. De arts heeft het beleid voor de werknemer met zijn superviserend bedrijfsarts besproken. Er was sprake van structureel overleg en het contact was laagdrempelig. De superviserend bedrijfsarts heeft als eindverantwoordelijke steeds toezicht gehouden tijdens de supervisie. Ook staat vast dat in de supervisie ook het persoonlijke functioneren van de arts, de vereiste deskundigheid en de ontwikkelingen in de bedrijfsgeneeskunde aan de orde kwamen. Verder heeft de werknemer niet weersproken dat de supervisor de arts bekwaam achtte voor zijn taken.

Uit het dossier is niet gebleken dat de arts zich heeft voorgedaan als bedrijfsarts. Hij heeft zich gepresenteerd als arts of basisarts. Alleen in het format dat wordt gebruikt bij het aanmaken van een Probleemanalyse staat ‘naam bedrijfsarts’. Dit format maakt deel uit van een automatiseringssysteem en de arts kon daar geen wijzigingen in aanbrengen. De arts treft hier dan ook geen verwijt.

Wat volgens het tuchtcollege niet helemaal goed is gegaan is dat de werknemer aan het begin van de verzuimbegeleiding niet is geïnformeerd over de delegatie van de verzuimbegeleiding en de mogelijkheid van consultatie van de bedrijfsarts zelf. De informatievoorziening op dit punt had volgens het tuchtcollege eerder en beter gekund. Tuchtrechtelijk verwijtbaar is dat echter niet. De klacht wordt als ongegrond afgewezen.

De les die uit deze uitspraak volgt is, dat basisartsen die onder supervisie verzuimbegeleiding verrichten er voor moeten oppassen dat de betrokken werknemer niet de indruk heeft dat zij worden begeleid door een bedrijfsarts. Bij aanvang van de verzuimbegeleiding is het verstandig om de werknemer hier uitdrukkelijk op te wijzen. Ook in de verslaglegging moet geen onduidelijkheid over de kwalificaties van degene die de verzuimbegeleiding doet bestaan. De werknemer moet er ook over worden geïnformeerd dat de arts onder supervisie van een bedrijfsarts staat en dat ook de bedrijfsarts zelf kan worden geconsulteerd. Hier ligt ook een taak voor de werkgever van de (bedrijfs-)arts. In de tuchtrechtspraak komt deze problematiek herhaaldelijk aan de orde. Hier loopt het voor de arts tuchtrechtelijk goed af, maar er zijn ook voorbeelden waar artsen voor soortgelijke klachten een maatregel hebben gekregen. Hier geldt dus: helderheid vooraf voorkomt problemen achteraf!

Nieuwsbrief

Altijd up to date?

Blijf op de hoogte van de laatste ontwikkelingen. Schrijf je in!

Scroll naar boven