Home De zwijgende zorgverlener

Oswald Nunes

Tuchtrecht
/

De zwijgende zorgverlener

Ook bij telefoontjes geldt het adagium ‘Spreken is zilver, zwijgen is goud’. Wat speelde hier?

Een mannelijke patiënt is via de crisisdienst opgenomen geweest op de afdeling Spoed Eisende Hulp Psychiatrie (SEHP) van een instelling. Een aldaar werkzame sociaal psychiatrisch verpleegkundige krijgt tijdens het werk een telefoontje van de ex-echtgenote van de patiënt. De ex-echtgenote vraagt of het veilig is voor de kinderen om bij de patiënt te verblijven. De verpleegkundige antwoordt hierop dat er geen enkele reden is om aan die veiligheid te twijfelen. De patiënt dient een klacht in bij het tuchtcollege. De klacht houdt in dat de verpleegkundige zonder zijn toestemming en zonder enige goede reden privacygevoelige informatie aan derden (de ex-echtgenote) heeft verstrekt.

Schending beroepsgeheim

De klacht is gegrond. Het tuchtcollege stelt vast dat de verpleegkundige geen informatie over de patiënt had mogen verstrekken aan de ex-echtgenote (en als zodanig een derde). De verpleegkundige heeft dit ten onrechte wel gedaan. Weliswaar is het gesprek tamelijk beperkt geweest en heeft de verpleegkundige naar zijn zeggen ongewild bevestigd dat de patiënt opgenomen was geweest, maar hem valt te verwijten dat hij niet heeft volstaan met de enkele mededeling dat geen enkele informatie wordt verstrekt. Kennelijk was de verpleegkundige op dat moment onvoldoende doordrongen van zijn plicht tot geheimhouding en het protocol ‘Toestemming verstrekken informatie aan/door derden’ van de instelling. Van enige noodzaak tot doorbreking van zijn geheimhoudingsplicht (conflict van plichten) in verband met zorg voor de kinderen was geen sprake.

Waarschuwing

Het tuchtcollege volstaat met het opleggen van de lichtste maatregel, een waarschuwing, omdat de verpleegkundige min of meer werd overvallen door het onverwachte telefoontje van de ex-echtgenote. Ook heeft de verpleegkundige van dit alles geleerd.

Zwijgen is het devies!

Het devies dat uit deze uitspraak volgt is, dat zorgverleners bedacht dienen te zijn op het beroepsgeheim als zij, ook met de beste bedoelingen, derden telefonisch te woord staan. Bij dergelijke telefoontjes is de primaire vraag die gesteld moet worden of de patiënt toestemming heeft gegeven voor het verstrekken van informatie of dat er zich een conflict van plichten voordoet die doorbreking van de geheimhoudingsplicht rechtvaardigt. Is dit niet het geval dan moet worden volstaan met de mededeling – hoe moeilijk soms ook in de praktijk van alle dag – dat geen enkele informatie kan worden verstrekt. Zwijgen is in dit soort situaties de gouden standaard!

Nieuwsbrief

Altijd up to date?

Blijf op de hoogte van de laatste ontwikkelingen. Schrijf je in!

Scroll naar boven