Home Een zware gedetineerde met een klacht van onvoldoende gewicht

Oswald Nunes

Tuchtrecht
/

Een zware gedetineerde met een klacht van onvoldoende gewicht

Hoe beoordeelt de tuchtrechter een klacht tegen een forensisch arts die een gedetineerde laat vervoeren?

Een vrouw met uitgebreide medische problematiek en overgewicht wordt vanwege het niet tijdig betalen van een geldboete in vervangende hechtenis genomen. De medisch adviseur van het Bureau Individuele Medische Advisering (BIMA) acht de vrouw in medisch opzicht geschikt voor detentie. De vrouw wordt op enig moment aangehouden. Zij wordt onder begeleiding van een forensisch arts van de GGD, een verpleegkundige en een traumachirurg met behulp van de politie per brancard vervoerd in een grote bus van de Dienst Vervoer & Ondersteuning met daarin een lift en toilet. De vrouw dient een klacht in tegen de forensisch arts en stelt dat zij door haar handelwijze tijdens het vervoer en nadien tijdens een verblijf in het justitieel centrum helse pijnen heeft geleden.

Het tuchtcollege stelt allereerst vast dat de forensisch arts als taak had toe te zien op medisch verantwoord vervoer van de vrouw. Dit is een handeling op het gebied van de individuele gezondheidszorg in de zin van de wet BIG en kan door de tuchtrechter worden getoetst.

De forensisch arts mocht van het tuchtcollege zonder eigen onderzoek vertrouwen op de juistheid van het BIMA-advies en de hierin beschreven mogelijkheid de vrouw te vervoeren. Dit zou anders zijn als er concrete aanwijzingen waren dat het advies niet juist was. Dit is echter niet gebleken. Voorts mocht de forensisch arts vertrouwen op de juistheid van de informatie van de politie, die luidde dat de vrouw ten tijde van de aanhouding kon liggen, zitten, staan en lopen. De forensisch arts heeft zich daarmee voorafgaand aan de aanhouding naar behoren laten informeren. Verder heeft de forensisch arts er op toegezien dat het vervoer medisch verantwoord verliep.  De forensisch arts treft geen verwijt. De klacht wordt als ongegrond afgewezen.

Uit deze uitspraak volgt, dat ook forensisch artsen zich er van bewust dienen te zijn dat zij bij het uitvoeren van taken ten behoeve van politie en justitie handelingen kunnen verrichten die door de tuchtrechter getoetst kunnen worden. Bij het geven van advies mag een forensisch arts zich laten informeren door een medisch adviseur en zich op andere bronnen baseren. Dit is anders wanneer er concrete aanwijzingen zijn dat de verstrekte informatie niet juist is. Zeker bij een populatie die bestaat uit gedetineerden en voorlopig gehechten waarbij de drempel om te klagen relatief laag is (alhoewel er per 1 april jl. een griffierecht van € 50,= is ingevoerd), verdient het aanbeveling om bij het begeleiden van gedetineerden goed voorbereid op pad te gaan. Hier geldt het motto: vraag om raad, maar gebruik het gezonde verstand.

Nieuwsbrief

Altijd up to date?

Blijf op de hoogte van de laatste ontwikkelingen. Schrijf je in!

Scroll naar boven