Home Geen bericht goed bericht?

Oswald Nunes

Tuchtrecht
/

Geen bericht goed bericht?

Een vader gaat met zijn onder toezicht gestelde minderjarige zoon naar de huisarts vanwege vermeende mishandeling door zijn ex-echtgenote. De vader is patiënt bij deze huisarts; de zoon niet. De zoon vertelt de huisarts dat hij ruzie met zijn moeder heeft gehad en daarna is weggelopen. De huisarts maakt van het consult met de zoon aantekeningen in het patiëntendossier van de vader en schrijft:
“S zoon E.. 12-3-2020 Ruzie gehad met moeder en daarna weggelopen.
O Krassen binnenzijde beide armen li>re
Dunne legerbroek gescheurd van kruis tot onderbeen links. E. geeft kalm aan dat bij vader wil zijn en niet bij moeder. Hij is reeds vaker weggelopen van huis”.
De huisarts geeft op verzoek de betreffende journaalregel aan de vader mee, die deze nog dezelfde dag inbrengt in een juridische procedure.

De moeder stapt naar de tuchtrechter en dient de klacht in tegen de huisarts.

Het Regionaal Tuchtcollege (RTG) verklaart de klacht op alle onderdelen ongegrond. Het Centraal Tuchtcollege (CTG) komt in beroep echter tot een ander oordeel. Het CTG stelt voorop dat een hulpverlener met betrekking tot de behandeling van de patiënt een dossier dient in te richten waarin hij aantekening maakt van de gegevens omtrent de gezondheid van de patiënt en de ten diens aanzien uitgevoerde verrichtingen en waarin hij andere gegevens opneemt, een en ander voor zover dit voor een goede hulpverlening aan de patiënt noodzakelijk is (art. 454 lid 1 boek 7 BW). Ook bij een ‘passanten-contact’, zoals in dit geval, is het de gebruikelijke gang van zaken om een apart dossier voor de passant aan te leggen. In ieder geval acht het CTG het onjuist om gegevens die een minderjarige passant betreffen in het dossier van de vader te op te nemen. Nu kon het gebeuren dat informatie over de zoon bij de vader terecht kwam toen deze de huisarts om een afschrift van dat specifieke deel van zijn (eigen) dossier verzocht. Hiermee heeft de huisarts (medische) informatie over zowel de zoon als over de moeder aan de vader verstrekt. Dit had niet gemogen; een dat geldt zowel voor feitelijke informatie maar zeker voor informatie zoals hier aan de orde, waarin sprake is van een (weliswaar summier en impliciet) waardeoordeel. De huisarts krijgt de maatregel van waarschuwing opgelegd.

De les die uit deze uitspraak volgt is, dat een arts er – zeker in familiekwesties – op bedacht moet zijn in wiens dossier aantekeningen worden gemaakt (moeder, vader of kind?). Weliswaar kwam de vader op consult bij zijn eigen huisarts, maar de aantekeningen over de zoon, die voor de huisarts een passant was, hadden volgens het CTG in een apart dossier moeten worden opgenomen. Doordat de huisarts aantekeningen over de zoon in het dossier van de vader had gemaakt kon het gebeuren, dat de vader met deze informatie aan de haal ging en dat voor een ander doel ging gebruiken dan voor de behandeling van de zoon. Het advies is dan ook om in dit soort situaties per patiënt zorg te dragen voor gescheiden dossiervoering. Hier leest het CTG in de summiere aantekeningen zelfs een waardeoordeel van de huisarts. U ook? Er wordt wel eens gezegd dat iedere onthulling van een geheim de schuld is van degene die het heeft toevertrouwd. Toch wordt dit hier de huisarts tuchtrechtelijk aangerekend.

Nieuwsbrief

Altijd up to date?

Blijf op de hoogte van de laatste ontwikkelingen. Schrijf je in!

Scroll naar boven