Gegronde klacht en toch geen maatregel?
Moet de tuchtrechter bij een gegronde klacht de zorgverlener altijd een maatregel opleggen?
Een groepsfitnessinstructeur wordt tijdens ziekte door de bedrijfsarts gezien. In de Probleemanalyse die de bedrijfsarts naar de afdeling personeelszaken van diens werkgever stuurt staat de volgende tekst: “Functie: 1 uur per week RPM. Sinds 2014 geen les meer gegeven. Dubbele KNP. Nu Facet ok gehad L5S1. 2015. Krijgt nu Neuromoduilatie. januari gebruikt veel medicatie; oxicodon, ook slaapmiddelen!!”. De fitnessinstructeur beklaagt zich bij de tuchtrechter.
De tuchtrechter oordeelt dat de probleemanalyse informatie bevatte die niet voor de werkgever was bestemd maar desondanks naar de werkgever werd verzonden. De fitnessinstructeur had geen toestemming gegeven om deze gegevens met de werkgever te delen. Dit is in strijd met de persoonlijke levenssfeer zoals die in diverse wetten en verdragen is vastgelegd. De bedrijfsarts heeft daarmee tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld.
Volgens het tuchtcollege rechtvaardigt de tekortkoming van de bedrijfsarts op zichzelf een waarschuwing. Die wordt evenwel niet opgelegd. De bedrijfsarts heeft zijn fout ruiterlijk erkend en daarvoor zijn oprechte excuses aangeboden. Verder heeft de bedrijfsarts aangegeven dat hij lering heeft getrokken uit het gebeurde. Gelet op die omstandigheden is het tuchtcollege van oordeel dat volstaan kan worden met de vaststelling dat de klacht gegrond is en dat het opleggen van een maatregel achterwege kan worden gelaten.
Deze uitspraak is in lijn met de wijziging van de wet BIG zoals die per 1 april 2019 is doorgevoerd. Met deze wetswijziging is de eerder door de tuchtcolleges al gehanteerde gedragslijn om in voorkomende gevallen bij een gegrondverklaring van de klacht het opleggen van een maatregel achterwege te laten vastgelegd. Volgens de wetgever kan hiervoor aanleiding bestaan wanneer ‘de gedraging weliswaar verwijtbaar is, maar niet ernstig genoeg om over te gaan tot oplegging van een maatregel’. Een ander voorbeeld is dat een zorgverlener de gedragsregels schendt, terwijl die gedragsregel niet eerder (dusdanig scherp) was geformuleerd. In artikel 69 lid 4 van de wet BIG is nu opgenomen dat een maatregel niet wordt opgelegd indien dit door het Regionaal Tuchtcollege raadzaam wordt geacht ‘in verband met de geringe ernst van het handelen of nalaten, de omstandigheden waaronder het handelen of nalaten hebben plaatsgevonden, dan wel omstandigheden die zich nadien hebben voorgedaan’.
Of bij een gegronde klacht ook een maatregel wordt opgelegd zal ook in belangrijke mate afhangen van de opstelling van de aangeklaagde zorgverlener.
Wanneer in voorkomende gevallen excuses worden aangeboden, wordt aangegeven dat er lering uit de kwestie is getrokken en dat er aantoonbare verbetermaatregelen zijn getroffen, kan dit wel eens het verschil betekenen tussen wel of geen maatregel. Een goede inrichting en toonzetting van het verweer met oog voor een strafmaatverweer kan dan ook wel eens beslissend zijn voor de uitkomst van de zaak. Hier is een mooie taak weggelegd voor de verdediging.