Ieder gevolg heeft z’n oorzaak.
Over causaal verband in het tuchtrecht.
Een verloskundige begeleidt een zwangere patiënte. Tijdens de zwangerschap maakt de patiënte zich zorgen over de groei van de baby. De verloskundige verwijst de patiënte vervolgens voor een echo-biometrie (groei-echo). Bij een volgende controle bij een waarnemend verloskundige vertelt de patiënte al enkele dagen geen kindsbewegingen meer te voelen. Bij controle in het ziekenhuis wordt vastgesteld dat het kindje is overleden. De overlijdensoorzaak kan niet worden vastgesteld. De patiënte dient een klacht in tegen de verloskundige. De klacht bestaat uit twee onderdelen. Allereerst zou de verloskundige niet adequaat hebben gereageerd op zorgsignalen tijdens de zwangerschap. Verder zou de verloskundige onvoldoende nazorg hebben verleend.
Het tuchtcollege stelt voorop dat niet kan worden vastgesteld dat het onverwachte overlijden van het kindje op enigerlei wijze in verband staat met de begeleiding van de patiënte door de verloskundige of een gebrek daaraan.
Wat betreft het eerste klachtonderdeel treft de verloskundige geen verwijt. Zij heeft zich bij het volgen van de groei van de baby gebaseerd op de door de beroepsvereniging voor verloskundigen (KNOV) aanbevolen GROW-methodiek. De bij patiënte gemaakte echo’s gaven geen aanleiding om verder onderzoek te doen. Het weinig voelen van leven hoefde – in samenhang met de goede foetale hartactie, de normale bloeddruk en de groei – niet als alarmsignaal te worden opgevat. Ook het tweede klachtonderdeel is ongegrond. Ten tijde van het einde van de zwangerschap van de patiënte was de verloskundige met vakantie en ook zelf zwanger. De verloskundige had de zorg voor de patiënte, zoals te doen gebruikelijk, overgedragen aan een waarnemend collega. De waarnemer heeft voldoende nazorg verleend. De klacht wordt op beide onderdelen afgewezen.
Deze uitspraak is opmerkelijk in die zin, dat het tuchtcollege de uitspraak start met de overweging dat het onverwachte overlijden van het kindje niet in relatie staat met de begeleiding door de verloskundige. In medische tuchtzaken wordt gebruikelijk het verweten handelen of nalaten sec behandeld, dus los gezien van de vraag of en zo ja, welke gevolgen dat handelen of nalaten heeft gehad. Het causaal verband wordt anders gezegd niet beoordeeld. Er zijn zelfs uitspraken waarin expliciet is overwogen dat het tuchtcollege zich niet mag uitlaten over het causaal verband. Wat er de reden van is dat het tuchtcollege zich in deze zaak toch over het causaal verband uitlaat is niet duidelijk. Mogelijk heeft het tuchtcollege zich tot deze overweging laten verleiden door het (verhitte?) debat tussen partijen of de emoties die een trieste zaak als deze nu eenmaal met zich brengen. In deze zaak heeft de spreekwoordelijke schoenmaker zich niet geheel bij de leest gehouden.