Is selectieve vernietiging van een medisch dossier mogelijk?
Een patiënte is opgenomen op een PAAZ-afdeling van een ziekenhuis. Een psychiater/supervisor is eindverantwoordelijk. De patiënte wordt per brief door de psychiater aangemeld voor een FACT-team. In de verwijsbrief staat onder meer dat de patiënte is gediagnosticeerd met een autisme-spectrumstoornis. De patiënte geeft bij de psychiater aan dat in de brief een verkeerde diagnose is vermeld. Zij vraagt om alle notities die met autistische stoornis te maken hebben uit het medisch dossier te verwijderen. De psychiater antwoordt dat het ondoenlijk is om één en ander te corrigeren omdat de gegevens op veel plekken in het dossier zijn beschreven. De psychiater stelt de patiënte voor de keuze òf het dossier in zijn geheel te vernietigen òf aan het dossier een verklaring toe te voegen dat de patiënte het met de diagnose niet eens is. De patiënte neemt hier geen genoegen mee en stapt naar de tuchtrechter.
Het Regionaal Tuchtcollege verklaart de klacht ongegrond omdat het recht tot vernietiging niet zover gaat dat een patiënt ook het recht zou hebben om bepaalde woorden of passages uit dossierstukken te verwijderen. Het Centraal Tuchtcollege (CTG) oordeelt in beroep echter anders. Een verzoek van een patiënt tot vernietiging van medische gegevens zoals bedoeld in artikel 7:455 BW kan wel degelijk betrekking hebben op een deel van een dossier. Het behoeft niet noodzakelijkerwijs om het gehele dossier te gaan. Ook de KNMG-richtlijn ‘Omgaan met medische gegevens’ gaat er vanuit dat een vernietigingsverzoek betrekking kan hebben op een deel van het dossier. Als een patiënt mag kiezen voor vernietiging van het integrale dossier, heeft hij ook de minder vergaande optie van selectieve vernietiging. Als een patiënt na een gesprek met de zorgverlener zijn verzoek tot selectieve vernietiging handhaaft, dan dient dit te worden ingewilligd, behoudens de in artikel 7:455 BW bedoelde uitzonderingen. Een zorgverlener die gevolg geeft aan het verzoek om selectieve vernietiging mag op de betreffende plaats(en) in het dossier vermelden dat gegevens op verzoek van de patiënt zijn verwijderd.
Het CTG vindt deze klacht alsnog gegrond. Omdat over de uitleg van de regelgeving en de rechtspraak over selectieve vernietiging tot nu toe geen volledige duidelijkheid bestond, is het handelen van de psychiater wel tuchtrechtelijk verwijtbaar maar wordt geen maatregel opgelegd.
Deze uitspraak is voor de praktijk belangrijk. De tuchtrechter geeft aan dat het recht van een patiënt tot vernietiging van het medisch dossier ook betrekking kan hebben op een deel van het dossier. Hierbij kan worden gedacht aan een woord, een zinsnede, een alinea of een bepaald onderdeel (zoals een brief). Wanneer het meerdere mag is het mindere ook toegestaan, aldus de tuchtrechter. De logistieke problemen die gepaard kunnen gaan met het selectief vernietigen zijn ondergeschikt aan het recht op vernietiging. Voor de praktijk betekent dit dat zorgverleners verzoeken om vernietiging – zelfs als het gaat om een heel klein of zeer specifiek deel van het medisch dossier – in principe niet mogen weigeren. De KNMG-richtlijn geeft aan dat aan een dergelijk verzoek binnen drie maanden uitvoering moet worden gegeven, ook al kan dat voor een zorgverlener tot veel gepuzzel leiden. Er zijn nu eenmaal veel koeien, dus ook even zoveel waarheden.