14.02.2017
Patiënt moet stoppen met lastercampagne jegens huisarts
Niet alle uitlatingen (op sociale media) zijn geoorloofd. Dat ondervond ook een patiënt die ontevreden was over zijn (voormalig) huisarts. De Voorzieningenrechter Rotterdam heeft op 8 februari 2017 geoordeeld dat deze persoon moest stoppen met zijn lastercampagne jegens de huisarts op sociale media.
De patiënt was bepaald niet tevreden over zijn voormalig huisarts. Op Facebook liet hij zich hierover uit – in een periode van negen maanden – op niet mis te verstane wijze. Reden voor de huisarts om hem te verzoeken om een gesprek aan te gaan en de negatieve berichtgeving te staken. Voor beide verzoeken stond de patiënt echter niet open, waarna de huisarts een kortgedingprocedure is gestart.
Naar de opvatting van de Voorzieningenrechter staat: “het eenieder vrij die meent dat hem een slechte geneeskundige behandeling ten deel is gevallen, om deze onvrede publiekelijk te uiten. Deze uiting kan, bovendien, heel goed een maatschappelijk belang dienen, namelijk het belang om een eventuele misstand in de geneeskunde aan de kaak te stellen.
Daar staat echter tegenover dat de persoon die publiekelijk het standpunt inneemt dat zijn huisarts slecht werk heeft verricht (in dit geval: bij zowel zichzelf als bij andere patiënten) dit standpunt uiteindelijk ook moet kunnen waarmaken. Anders is op een gegeven moment geen sprake (meer) van het aan de kaak stellen van een zaak van maatschappelijk belang, maar van laster, enkel gericht op het beschadigen van een persoon of organisatie.”
Het was aan de patiënt om aan te tonen dat de huisarts tekort is geschoten in de uitvoering van de (geneeskundige behandelings)overeenkomst met hem en met de andere personen waarover hij zich heeft uitgelaten.
De patiënt kon dat echter niet aantonen. Hij had geen verklaring van een medicus die zijn stelling onderbouwde en ook had hij nog geen gang naar de (tucht)rechter gemaakt, terwijl sinds de eerste uitlating op Facebook negen manden waren verstreken.
Nu er dan ook geen enkel bewijsmateriaal was, hoefde de huisarts niet langer te dulden dat negatieve uitlatingen werden gedaan over de kwaliteit van haar werk. Deze uitlatingen waren bovendien onnodig grievend en de huisarts werd zelfs naar de opvatting van de Voorzieningenrechter bedreigd.
De patiënt moet dan ook per direct stoppen met de lastercampagne op Facebook (en op alle andere sociale media). Van de stelling dat het bezigen van dergelijke woorden gebruikelijk is op Facebook wilde de Voorzieningenrechter overigens terecht niets weten.
Mocht u als hulpverlener (een zekere vorm van) laster ervaren, neem dan contact met ons op om uw mogelijkheden te bespreken.
Klik hier voor de uitspraak.