Home Stoken in een (voorheen) goed huwelijk

Oswald Nunes

Tuchtrecht
/

Stoken in een (voorheen) goed huwelijk

Hoe beoordeelt de tuchtrechter een klacht tegen een huisarts die een geneeskundige verklaring afgeeft?

De huisarts van een echtpaar schrijft op verzoek van de Engelstalige man een brief. Hierin staat “de huisarts had noticed following physical problems: hematoma on right biceps, scratch wounds on both wrists; hematoma on left biceps. Beside these physical problems, de echtgenoot declares to have severe emotional problems en emotional stress because of the physical and verbal harassment by his wife”. Het paar gaat scheiden. De brief van de huisarts wordt door de man in de echtscheidingsprocedure overgelegd.

De vrouw dient een klacht in bij het tuchtcollege. De klacht houdt in dat de huisarts zijn beroepsgeheim heeft geschonden door een medische verklaring af te geven aan haar inmiddels ex-echtgenoot.

De huisarts verweert zich en stelt dat hij alleen heeft opgeschreven welke letsels hij heeft waargenomen en wat de man tegen hem heeft gezegd. Hij heeft niet verklaard dat de vrouw dit alles ook heeft gedaan.

Het tuchtcollege verklaart de klacht gegrond. In beginsel mag een arts, met toestemming van zijn patiënt, gegevens verstrekken aan derden mits hij zich daarbij beperkt tot het beantwoorden van gerichte vragen over zijn patiënt, waarbij hij slechts relevante medische informatie van feitelijke aard verstrekt. Het wordt behandelend artsen ontraden een geneeskundige verklaring af te geven ten behoeve van eigen patiënten/cliënten. Een geneeskundige verklaring is een schriftelijke verklaring die door een arts is opgesteld en die een op medische gegevens gebaseerd waardeoordeel bevat. Dit is bepaald in de KNMG-Richtlijn inzake het omgaan met medische gegevens, KNMG, mei 2018.

De huisarts was ten tijde van het afgeven van de brief op de hoogte van de huwelijksproblemen tussen zijn beide patiënten. De huisarts had er dan ook tenminste rekening mee moeten houden dat de verklaring zou (kunnen) worden gebruikt in juridische procedures tussen de beide (ex-)echtlieden en derhalve een ander doel diende dan behandeling of begeleiding. De huisarts heeft zich met het afgeven van een verklaring gemengd in het tussen twee van zijn patiënten (bestaande) juridisch conflict. Hoewel de formulering van de verklaring ten behoeve van de man formeel blijft binnen een feitelijke weergave en niet zonder meer een eigen mening geeft, had de huisarts de verklaring niet mogen verstrekken. De huisarts krijgt de maatregel van een waarschuwing opgelegd.

Deze uitspraak is onderdeel van een almaar gestage stroom uitspraken van de tuchtrechter waarbij goedwillende artsen die te goede trouw een brief voor een patiënt opstellen het beroepsgeheim schenden. Zelfs als een dergelijke brief uitsluitend anamnestische of eigen observaties bevat kan dat tuchtrechtelijk verwijtbaar zijn. Van een door een arts ondertekende verklaring gaat immers een zekere geobjectiveerde en daarmee zwaarwegende kracht uit. Aan een dergelijke brief wordt door derden dan ook vaak betekenis toegekend, ook in juridische procedures. De lering uit deze uitspraak is dan ook: een richtlijn is misschien hard, maar het blijft wel een richtlijn.

Nieuwsbrief

Altijd up to date?

Blijf op de hoogte van de laatste ontwikkelingen. Schrijf je in!

Scroll naar boven