Einde huurovereenkomst wegens dringend eigen gebruik
Een huurovereenkomst voor woonruimte kan niet zo maar worden beëindigd. Daarvoor dient sprake te zijn van een wettelijke toewijzingsgrond. Een van deze gronden is dat de verhuurder de woning dringend nodig heeft voor eigen gebruik.
In de zaak waarover het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 24 april 2012 oordeelde was de vraag aan de orde of verhuurders voldeden aan het criterium “dringend eigen gebruik” en vervolgens, of door dit dringend eigen gebruik niet langer van verhuurders kon worden gevergd om de huurovereenkomst voort te zetten. Dat was in deze zaak het geval.
Het hof heeft de aanwezigheid van dringend eigen gebruik aangenomen, omdat vaststaat dat verhuurders en hun zoon niet beschikken over eigen andere woonruimte en bij familie verblijven in een huis dat niet is aangepast aan de behoeften van een van verhuurders, die van een rolstoel gebruik moet maken, dat verhuurders een gezin zijn gaan vormen en dat de woning al sinds de jeugd van een van verhuurders eigendom is van haar familie en enige tijd gediend heeft als deel van haar ouderlijk huis.
Voornoemde omstandigheden wegen volgens het hof zwaarder dan de omstandigheden die huurder had aangevoerd tegen beëindiging van de overeenkomst, te weten dat huurder op leeftijd is, niet meer zo heel goed ter been is, de woning al sinds 1990 huurt en bijna 50 jaar in dezelfde buurt heeft gewoond. De belangen van verhuurders bij beëindiging van de overeenkomst prevaleren boven die van huurder.
Klik hier voor de volledige uitspraak.