KEI Goed?!
De rechtspraak in Nederland moet van de rijksoverheid sneller en eenvoudiger worden.
Hoe wordt dat gerealiseerd?
De rechtspraak in Nederland moet aansluiten bij de digitalisering van de samenleving én procedures moeten sneller en eenvoudiger. Dat is het doel van het programma Kwaliteit en Innovatie rechtspraak (KEI).
De Minister van Veiligheid en Justitie en de Raad voor de Rechtspraak willen de rechtspraak moderniseren. Dat gebeurt binnen het programma KEI. Om dit programma te realiseren zijn al de nodige wetsvoorstellen opgesteld en ingediend. De inwerkingtreding van KEI verloopt in fasen. Dit gebeurt sinds begin 2017. Het duurt een aantal jaren voordat alle voorstellen in werking zijn.
Het programma KEI omvat niet alleen digitalisering van de civiele- en de bestuursrechtspraak, maar ook een aanpassing van het civiele procesrecht.
Belangrijkste kenmerken van het nieuwe civiele procesrecht zijn de invoering van een uniforme procesinleiding, er worden meer termijnen in de wet neergelegd en bestaande termijnen worden aangescherpt en de regierol van de rechter wordt aanzienlijk versterkt.
Het uitgangspunt van het programma KEI is een eenvoudige(r) basisprocedure. In de nieuwe basisprocedure wordt uitspraak gedaan na één schriftelijke ronde met vaste termijnen, gevolgd door een mondelinge behandeling. De mondelinge behandeling vormt het hart van de nieuwe procedure. Bij de mondelinge behandeling hebben partijen de gelegenheid hun standpunt toe te lichten. Na deze zitting doet de rechter in beginsel einduitspraak.
De regierol van de rechter ten aanzien van het verloop van de procedure wordt versterkt. Hierbij heeft de wetgever met name het oog op de beoogde versnelling van procedures. Zo nodig kan met de rechter maatwerk worden afgesproken en kan op verzoek van partijen van de vereenvoudigde procedure worden afgeweken.
Procespartijen dienen er wel rekening mee te houden dat procedures worden bekort en dat door de rechter strakker de hand aan termijnen zal worden gehouden.
Het digitaal procederen heeft onder meer tot gevolg dat de klassieke rolzitting komt te vervallen en dat enkele gebruikelijke termen verdwijnen. De term dagvaarding wordt vervangen door de term procesinleiding. Er wordt niet meer gesproken van gedaagden, maar van verweerders. De term conclusie of memorie van antwoord wordt vervangen door de term verweerschrift en ‘terechtzitting’ wordt ‘zitting’.
Vanaf 1 september 2017 is digitaal procederen verplicht bij de rechtbanken Gelderland en Midden-Nederland in handelszaken waarin bijstand door een advocaat verplicht is.
Behalve de rechtspraak is ook de advocatuur inmiddels voorbereid op digitaal procederen en het nieuwe procesrecht. De eerste procedures zijn gestart!