Home Overtredingen tijdens het voetbal: all part of the game

Overtredingen tijdens het voetbal: all part of the game

In sport- en spelsituaties geldt een verhoogde aansprakelijkheidsdrempel. Deelnemers aan een sport of spel hebben tot op zekere hoogte gevaarlijke gedragingen waartoe het spel uitlokt van elkaar te verwachten, ook als vergelijkbare gedragingen buiten het kader van de sport niet aanvaardbaar zijn. Toch wordt er met regelmaat geprocedeerd over de (on)rechtmatigheid van gedragingen binnen sport- en spelsituaties. Zo ook op 14 januari jl. in een zaak die een amateurvoetballer bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden heeft aangebracht nadat hij in eerste aanleg bij de rechtbank geen gelijk had gekregen.

In deze zaak gaat het om het volgende. Tijdens een voetbalwedstrijd tussen twee amateurteams, heeft appellant tijdens een scoringsactie een zware blessure opgelopen die uiteindelijk heeft geleid tot het verlies van zijn linker onderbeen. Het letsel van appellant is veroorzaakt doordat geïntimeerde tijdens de wedstrijd een sliding heeft uitgevoerd waarbij hij niet de bal, maar wel het been van appellant heeft geraakt. Geïntimeerde is na deze actie niet door de scheidsrechter bestraft met een gele of rode kaart. Appellant stelt desondanks dat geïntimeerde zich, door het uitvoeren van de sliding, onrechtmatig heeft gedragen jegens hem en hij heeft geïntimeerde en diens aansprakelijkheidsverzekeraar aansprakelijk gesteld voor de door hem geleden en nog te lijden schade.

Nadat het hof heeft vastgesteld dat het letsel van appellant daadwerkelijk is veroorzaakt door de actie van geïntimeerde, gaat het hof in op de vraag of geïntimeerde door het uitvoeren van de sliding onrechtmatig heeft gehandeld. Voor het antwoord op deze vraag is het in de eerste plaats van belang dat wordt vastgesteld hoe de sliding precies door geïntimeerde is uitgevoerd. De wedstrijd is door een toeschouwer gefilmd, waardoor het hof de beschikking heeft over de beelden van de sliding. Op deze videobeelden is te zien dat geïntimeerde zijn sliding heeft ingezet op het moment dat geïntimeerde de bal nog niet heeft gespeeld en ook dat er geen sprake is van een sliding met twee gestrekte benen.

Dan oordeelt het hof dat het feit dat geïntimeerde geen sanctie voor zijn actie heeft gekregen, nog niet betekent dat geen sprake was van een (zware) overtreding. Het hof slaat er daarom zelf de “Spelregels veldvoetbal” op na en merkt aan de hand daarvan op dat als een sliding reglementair wil zijn, hierbij in ieder geval de bal moet zijn gespeeld. Omdat uit de beelden volgt dat geïntimeerde niet de bal maar wel de tegenstander heeft geraakt, oordeelt het hof dat de sliding niet reglementair was en dat geïmiteerde de spelregels dus heeft overtreden. Deze overtreding was volgens het hof echter niet zo ernstig dat deze een rode kaart rechtvaardigde vanwege “buitensporige inzet” of “ ernstig gemeen spel”.

Het hof verwijst vervolgens naar de uitspraak van de Hoge Raad van 28 juni 1991 waaruit volgt dat overtreding van de spelregels, zeker wanneer die (zoals hier) gericht zijn op de veiligheid van de medespelers, een factor is bij de beoordeling van de rechtmatigheid van een actie bij een sportwedstrijd, maar dat het enkel overtreden van de spelregels de actie nog niet onrechtmatig maakt. Naar het oordeel van het hof was de actie van geïntimeerde niet zo buitensporig dat deze viel buiten de kaders van wat deelnemers aan een voetbalwedstrijd in redelijkheid mogen verwachten. Het hof neemt daarbij in aanmerking dat wie deelneemt aan een voetbalwedstrijd op amateurniveau, in redelijkheid tot op zekere hoogte gevaarlijke, slecht gecoördineerde, verkeerd getimede, onvoldoende doordachte handelingen of andere gedragingen waartoe het spel uitlokt kan verwachten. Bij voetbal betekent dit volgens het hof dat een deelnemer door een dergelijke actie geraakt kan worden, zoals dat in dit geval ook is gebeurd. De conclusie van het hof is dan ook dat geïntimeerde niet onrechtmatig heeft gehandeld jegens appellant.

In deze uitspraak is door het hof dus nogmaals bevestigd dat een actie waarbij de spelregels worden overtreden, ook wanneer die spelregels zijn gericht op de veiligheid van de medespelers, niet per definitie onrechtmatig is. Voor de onrechtmatigheid van een actie tijdens een voetbalwedstrijd is het nog altijd vereist dat de actie zo buitensporig is dat deze valt buiten de kaders van wat deelnemers aan een voetbalwedstrijd in redelijkheid van elkaar mogen verwachten.

Nieuwsbrief

Altijd up to date?

Blijf op de hoogte van de laatste ontwikkelingen. Schrijf je in!

Scroll naar boven