Home Een gepeperde rekening van de zorgverlener

Oswald Nunes

Tuchtrecht
/

Een gepeperde rekening van de zorgverlener

Regionaal Tuchtcollege Amsterdam, 17 oktober 2023

ECLI:NL:TGZRAMS:2023:225

De klagende zorgverzekeraar in deze zaak doet een materiële controle bij een verpleegkundige die een éénmanszaak drijft en thuiszorg levert. Uit het dossieronderzoek blijkt dat de verpleegkundige structureel boven de gestelde indicaties heeft gedeclareerd zonder dat deze indicaties voldeden aan de daaraan te stellen eisen. Ook werd vastgesteld dat verzekerden naar aard en omvang niet op deze zorg waren aangewezen.

De zorgverzekeraar stapt met het resultaat van het onderzoek naar het Regionaal Tuchtcollege (RTG). Ondanks verwoede pogingen van de secretaris van het college dient de verpleegkundige geen schriftelijke reactie naar aanleiding van de klacht in, maakt hij geen gebruik van het mondeling vooronderzoek en verschijnt zij ook niet op de zitting van het RTG.

Het RTG kijkt allereerst of de zorgverzekeraar in de klacht ontvankelijk is. Dit is het geval. De klacht wordt getoetst aan de zogeheten ‘tweede tuchtnorm’ (artikel 47 lid 1 aanhef en onder b Wet BIG). Die norm houdt in dat een BIG-geregistreerde zorgverlener ook aan het tuchtrecht is onderworpen ter zake van ‘ander’ handelen of nalaten dat in strijd is met wat een behoorlijk beroepsbeoefenaar betaamt. De zorgverzekeraar kan ook klagen over de kwaliteit van dossiervoering en declaratiegedrag; ook daarmee is de individuele gezondheidszorg direct gemoeid.

Het RTG komt vervolgens toe aan een inhoudelijke beoordeling van de klacht. De conclusie is dat alle klachtonderdelen gegrond zijn: er zijn zonder de vereiste indicatiestellingen op grote schaal zorgkosten gedeclareerd, het ontbreekt aan de vereiste administratie waardoor controle van de werkzaamheden niet mogelijk is, er is bewust en stelselmatig boven de indicaties gedeclareerd en er zijn vergoedingen gedeclareerd die niet voor vergoeding onder de Zorgverzekeringswet in aanmerking komen.

Het RTG beveelt als maatregel de doorhaling van de inschrijving van de verpleegkundige in het BIG-register. Ook wordt de verpleegkundige het recht ontzegt om weer in dit register te worden ingeschreven. Tenslotte wordt de verpleegkundige uit het register geschorst in afwachting van de uitkomst van een eventueel hoger beroep.

Deze uitspraak laat zien, dat een tuchtrechter zich niet alleen kan buigen over klachten van medisch-inhoudelijke aard en alles wat daarmee samenhangt, maar ook over declaratiegedrag van en administratie door een zorgverlener. Wanneer bij een materiële controle onregelmatigheden aan het licht te komen kan dit leiden tot een klacht bij de tuchtrechter en, zoals in dit geval, tot een zware maatregel. In deze zaak had de verpleegkundige in de procedure bij de tuchtrechter verstek laten gaan. Het RTG heeft daaraan de conclusie verbonden dat de feiten die de zorgverzekeraar aan de klacht ten grondslag heeft gelegd niet zijn betwist, waarmee deze voor juist worden aangenomen. Vanwege het wegblijven van de verpleegkundige heeft het RTG eventuele verzachtende omstandigheden of verbetermaatregelen ook niet in aanmerking kunnen nemen. De verpleegkundige betaalt in deze zaak dan ook duur lesgeld.

Nieuwsbrief

Altijd up to date?

Blijf op de hoogte van de laatste ontwikkelingen. Schrijf je in!

Scroll naar boven