Home Een tandarts die het voor de kiezen krijgt

Oswald Nunes

Tuchtrecht
/

Een tandarts die het voor de kiezen krijgt

Regionaal Tuchtcollege ’s‑Hertogenbosch, 5 juni 2024

ECLI:NL:TGZRSHE:2024:48

De beklaagde tandarts in deze tuchtzaak stopt met zijn praktijk zonder de klaagster daarvan op de hoogte te stellen. Ook vraagt de tandarts de klaagster niet aan wie haar patiëntendossier kan worden overgedragen. Bij overstappen naar een andere tandarts bemerkt de klaagster dat haar dossier door de tandarts is vernietigd. De klaagster neemt hier geen genoegen mee en stapt naar het Regionaal Tuchtcollege (RTG).

De secretaris van het RTG slaagt er niet in om contact met de tandarts te leggen om hem over de klacht te informeren en hem uit te nodigen daarop te reageren. Evenmin verschijnt de tandarts – ondanks oproeping per aangetekende, per gewone en per elektronische post(!) – niet op de mondelinge behandeling van het RTG. Omdat de tandarts niet verschijnt, zijn ook de klaagster en haar gemachtigde niet bij de zitting aanwezig. Het RTG behandelt de zaak aldus op een openbare zitting zonder dat partijen daarbij aanwezig zijn.

Het RTG overweegt dat een zorgverlener op grond van art. 7:454 lid 1 Burgerlijk Wetboek (BW) een patiëntendossier dient bij te houden. Dit dossier dient op grond van art. 7:454 lid 3 BW voor de duur van 20 jaren te worden bewaard. Een uitzondering op de bewaartermijn zoals genoemd in art. 7:455 BW is hier niet aan de orde. Door het dossier te vernietigen is de tandarts tuchtrechtelijk tekortgeschoten. De klacht is gegrond. Vanwege de laakbaarheid van het handelen wordt de tandarts de maatregel van berisping opgelegd. De berisping wordt op aangeven van het RTG in het BIG-register aangetekend en daarmee openbaar gemaakt. Op verzoek van de klaagster spreekt het RTG ook een kostenveroordeling ten laste van de tandarts uit.

Uit deze uitspraak volgt dat wanneer een zorgverlener de praktijk neerlegt maar ten tijde van het verweten handelen nog in het BIG-register stond ingeschreven, deze blijft onderworpen aan het wettelijk tuchtrecht. Het zonder kennisgeving en toestemming van een patiënt vernietigen van een medisch dossier wordt door het RTG streng beoordeeld. Dit brengt immers de continuïteit van zorg in gevaar. De tandarts had het medisch dossier alleen mogen vernietigen indien de klaagster daar zelf om had gevraagd (art. 7:455 lid 1 BW). Het RTG heeft ook beslist dat de maatregel van berisping wordt aangetekend in het BIG-register en daarmee openbaar wordt gemaakt. Dit laatste is niet meer standaard sinds de wijziging van de Wet BIG per 1 april 2019. Dat moet nu door het RTG in iedere afzonderlijke zaak expliciet worden beslist (art. 48 lid 11 Wet BIG). Tenslotte spreek het RTG een kostenveroordeling uit. Deze veroordeling wordt niet berekend aan de hand van de daadwerkelijke kosten, maar volgens een puntensysteem (art. 69 lid 5 Wet BIG). Fouten zijn altijd vergeeflijk, als men maar de moed heeft ze te erkennen.

Nieuwsbrief

Altijd up to date?

Blijf op de hoogte van de laatste ontwikkelingen. Schrijf je in!

Scroll naar boven