30.11.2020
Jurisprudentieoverzicht Gezondheidsrecht, november 2020
Zorgcontractering en zorginkoop
ECLI:NL:RBGEL:2020:6102
Zorgverzekeringsrecht. Vervolg op ECLI:NL:RBGEL:2020:2371. Vergoeding van tandheelkundige implantaten. Kan een fabrikant van implantaten worden aangemerkt als zorgaanbieder?Is sprake van een gemiddeld gecontracteerd tarief met tandartsen of fabrikanten?
ECLI:NL:RBMNE:2020:5180
In deze zaak staat centraal de door partijen georganiseerde inkoopprocedure betreffende de inkoop van jeugdhulp. In geschil zijn de vastgestelde tarieven en voorwaarden. De voorzieningenrechter oordeelt dat nu nog onduidelijk is of de vastgestelde tarieven in lijn zijn met artikel 2.12 van de Jeugdwet. Partijen hebben niet aan hun onderbouwingsplicht voldaan. Het is niet inzichtelijk of bij de vaststelling van de tarieven rekening is gehouden met het onderscheid tussen complexe zorg en minder complexe zorg, met de uitvoeringswerkelijkheid en met regionale aspecten. Ten aanzien van de voorwaarden acht de voorzieningenrechter onvoldoende aannemelijk dat deze in strijd zijn met het proportionaliteits- en evenredigheidsbeginsel. Partijen wordt verboden om de in de inkoopprocedure aangekondigde tarieven te hanteren, totdat zij deugdelijk hebben onderbouwd dat de tarieven in lijn zijn met artikel 2.12 van de Jeugdwet.
ECLI:NL:RBROT:2020:9685 / ECLI:NL:RBROT:2020:9686
Niet-ambtelijke omkoping; valsheid in geschrift. De verdachte, leidinggevende van een bouwbedrijf, wordt veroordeeld voor omkoping van de manager Vastgoed en Techniek van een ziekenhuis in ruil voor het gunnen van opdrachten. Taakstraf 140 uur. Het vonnis in deze zaak is op een nieuwe manier opgebouwd. Er wordt direct een samenvatting van het vonnis gegeven en de lezer kan aan de hand van een leeswijzer direct naar het hoofdstuk gaan waar de interesse naar uitgaat. Deze nieuwe vorm is gekozen door de drie rechters en de griffier in deze zaak.
Niet-ambtelijke omkoping; valsheid in geschrift; witwassen. Verwerping beroep op verjaring. De verdachte wordt veroordeeld voor het zich in zijn functie als manager Vastgoed en Techniek van een ziekenhuis laten omkopen in ruil voor het gunnen van toekomstige opdrachten aan twee bouwbedrijven. Taakstraf van 240 uur en een voorwaardelijke gevangenisstraf van 9 maanden.
Zorgverzekeringswet
ECLI:NL:RBROT:2020:10472
Zorgverzekering. De kantonrechter stelt vast dat tussen partijen een zorgverzekeringsovereenkomst bestaat en wijst de vordering toe.
Wet langdurige zorg
ECLI:NL:CRVB:2020:2651
De aanvraag om Wlz-zorg voor betrokkene is schriftelijk ingediend conform artikel 3.2.1, eerste lid, van het Blz. Uit het aanvraagformulier volgt dat de benodigde gegevens zijn ingevuld door een medewerker van [naam verpleeghuis] . Op het aanvraagformulier is verder vermeld dat de daarop geplaatste handtekening van betrokkene is. In wat appellanten daarover hebben aangevoerd ziet de Raad geen aanleiding om te twijfelen aan de authenticiteit van die handtekening of om aan te nemen dat deze onder dwang is gezet. De door appellanten overgelegde stukken met daarop verschillende handtekeningen van betrokkene zijn onvoldoende om hun stellingen te onderbouwen. Daarbij komt dat de gemachtigde van appellanten ter zitting heeft verklaard dat het ook mogelijk is dat betrokkene wel zijn handtekening onder de aanvraag heeft gezet. De stelling dat hierbij sprake zou zijn geweest van dwang hebben appellanten in het geheel niet onderbouwd. Het voorgaande betekent dat CIZ bevoegd was om het indicatiebesluit af te geven. De hoger beroepsgrond slaagt niet.
Relatiebeding in de zorg
ECLI:NL:RBAMS:2020:5150
KG cosmetisch arts is gebonden aan relatiebeding. De boetes zijn in kort geding niet toewijsbaar. Onvoldoende staat vast of het beding is overtreden. Daarnaast kan bodemrechter de boetes mogelijk matigen.
Geneesmiddelenwet
ECLI:NL:GHAMS:2020:2755
Wwz. Ontslag op staande voet apothekersassistente terecht gegeven. Elementaire regel dat geen recepten mogen worden meegegeven zonder een op naam van de patiënt gesteld recept, dat is voorgeschreven door een arts geschonden. Andersluidende afspraak of gangbare praktijk disculperen niet. Geen recht op een transitievergoeding wegens ernstig verwijtbaar handelen, niet naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar om geen transitievergoeding toe te kennen. Geen recht op een billijke vergoeding.
Besluit zorgverzekering, de Regeling risicoverevening 2016 en de Beleidsregels vereveningsbijdrage zorgverzekering 2016
ECLI:NL:RVS:2020:2565
Bij onderscheiden besluiten van 18 september 2017 heeft het Zorginstituut, voor zover van belang, de vereveningsbijdrage voor het jaar 2016 voor VGZ herberekend en voorlopig vastgesteld. De hoogte van de voorlopige vaststelling is voor VGZ Zorgverzekeraar N.V. bepaald op € 3.307.556.540,00, voor IZA Zorgverzekeraar N.V. op € 659.276.054,00, voor IZZ Zorgverzekeraar N.V. op € 376.314.575,00, voor N.V. zorgverzekeraar UMC op € 79.558.995,00, voor N.V. VGZ Cares op € 5.580.286,00 en voor N.V. Univé Zorg op € 948.975.707,00. Het Zorginstituut heeft de vereveningsbijdrage voor VGZ voor het jaar 2016 herberekend en voorlopig vastgesteld. Daarbij heeft het zich gebaseerd op het Besluit zorgverzekering, de Regeling risicoverevening 2016 en de Beleidsregels vereveningsbijdrage zorgverzekering 2016. VGZ is het niet eens met twee aspecten van de herberekening.
Goodwill onrechtmatig?
ECLI:NL:GHSHE:2020:2471
Overeengekomen (verkapte) goodwillbetaling bij overname van huisartsenpraktijk niet bewezen. Geen onrechtmatige daad van de overdragende huisarts jegens de overnemende huisarts.