Ook recht op inzage in personeelsdossier op grond van AVG als gegevens bekend (kunnen) zijn
Een zieke werknemer vordert loondoorbetaling en inzage in en een kopie van zijn personeelsdossier in het kader van mediation, die plaats zal vinden.
Tussen de werkgever en de werknemer was een geschil ontstaan rondom een loonstop die door de werkgever werd opgelegd. De werknemer zou in het kader van zijn re-integratie tijdens ziekte niet meewerken aan mediation. Daarnaast weigerde de werkgever afgifte van de stukken uit het personeelsdossier van de werknemer. Deze stukken zouden al bekend (kunnen) zijn.
De feiten
Een zieke werknemer is na gedeeltelijke opbouw van het werk opnieuw volledig uitgevallen. Op basis van een deskundigenoordeel van UWV blijkt dat de re-integratie niet is verlopen zoals door de bedrijfsarts is geadviseerd. Dit heeft geleid tot een arbeidsconflict en vervolgens een loonstop. Aanleiding voor de loonstop was het feit dat de werknemer niet zou meewerken aan mediation. De aanvankelijk ingeschakelde mediator gaf de opdracht terug. Na een kennismakingsgesprek met een nieuwe (tweede) mediator wilde de werknemer eerst overleg met zijn advocaat. Dit werd door de werkgever aangemerkt als het nogmaals blokkeren van het aangeboden mediation traject en het niet meewerken aan re-integratie, op basis waarvan een loonstop werd opgelegd.
Daarnaast werd aan het verzoek van de werknemer om een kopie van zijn personeelsdossier slechts gedeeltelijk tegemoetgekomen. De werkgever weigerde aan dit verzoek te voldoen. De werkgever was van mening dat de werknemer bekend was of zou moeten zijn met de gegevens uit het personeelsdossier, zoals bijvoorbeeld de gegevens omtrent zijn ziekteverzuim en ziekteverloop.
Het oordeel van de voorzieningenrechter
De voorzieningenrechter heeft de vordering tot loondoorbetaling toegewezen. Het gesprek bij de tweede mediator vond plaats op 22 maart 2018. Op 27 maart 2018 heeft de werknemer laten weten dat hij het gesprek met de mediator wilde starten. Op dat moment voldeed de werknemer dus aan zijn re-integratieverplichtingen. De loonstop was pas ingegaan per 1april 2018.
Ook de vordering tot inzage in en afgifte van het personeelsdossier wordt toegewezen. De werknemer heeft op grond van artikel 12 lid 3 AVG jo. artikel 15 AVG recht op inzake en op een kopie van de persoonsgegevens binnen een maand na ontvangst van het verzoek daartoe. Er geldt op grond van artikel 41 van de Uitvoeringswet Algemene Verordening Gegevensbescherming (UAVG) slechts een beperkt aantal uitzonderingen waarin het recht op inzage geweigerd kan worden. Het gaat dan bijvoorbeeld om de bescherming van de openbare en nationale veiligheid, de onafhankelijkheid van de rechter, in geval van strafbare feiten en/of schendingen van bepaalde beroepscodes. Bekendheid met gegevens is geen grond voor het niet verstrekken van stukken, oordeelde de rechter. Bovendien heeft de werknemer een conflict met zijn werkgever. Het is dus voor de werknemer van belang om te weten wat er in zijn personeelsdossier zit. Verder noemt de rechter nog dat artikel 15 lid 3 van de AVG bepaalt dat voor het verstrekken van bijkomende kopieën geen andere kosten in rekening morgen worden gebracht dan een redelijke vergoeding op basis van de administratieve lasten.
Klik hier voor de uitspraak (voorzieningenrechter Rechtbank Den Haag d.d. 31 augustus 2018; ECLI:NL:RBDHA:2018:10910).
Conclusie
Deze uitspraak bevestigt nogmaals dat de werknemer bescherming geniet onder de AVG. Op grond van artikel 15 AVG heeft een werknemer het recht om –wanneer persoonsgegevens worden verwerkt– inzage te verkrijgen van die persoonsgegevens en recht op de verstrekking van een kopie van zijn persoonsgegevens die worden verwerkt. Zie hiervoor ook het eerdere bericht van mijn collega Erik Luijendijk over de AVG en een eerdere uitspraak hierover van 25 juli 2018.