17.05.2013
Persoonlijk aansprakelijke directeur van failliete jachtdealer
Het Gerechtshof Den Bosch heeft in 2012 (LJN BW 6468) een uitspraak gedaan over een directeur van een Nederlandse dealer van zeiljachten, die na het faillissement van zijn vennootschap in persoon aansprakelijk werd gehouden door een koper van een zeiljacht.
Het bedrijf van de dealer was ondergebracht in een besloten vennootschap. De koper had in februari 2008 het jacht bij de dealer gekocht en daarvoor aanbetalingen gedaan om door te betalen aan de Duitse jachtbouwer. De dealer wendde het grootste deel van die gelden echter aan voor betaling van andere schuldeisers van de vennootschap. De gang van zaken was als volgt.
Op 23 juli 2008 vroeg de dealer om een laatste aanbetaling van € 270.235,= met als reden, dat na ontvangst van die betaling het jacht op transport naar Nederland zou worden gesteld en dat de koper dan eigenaar van het jacht zou zijn. Die betaling is door de koper kort nadien uitgevoerd. De toezeggingen zijn door de dealer evenwel niet nagekomen; men had de aanbetaling voor andere (bedrijfs)doeleinden aangewend.
Het bedrijf van de dealer is op 7 oktober 2008 failliet verklaard en de koper was zijn geld (en zeiljacht) kwijt.
Volgens het Hof kan de directeur van de dealer een dermate ernstig verwijt worden gemaakt, dat hij persoonlijk aansprakelijk is voor het niet doorbetaalde bedrag van € 270.035,=. Hetgeen daarvoor was aanbetaald (€ 108.360,=) kan ook op de directeur worden verhaald, omdat die schade een gevolg is van het niet aan de jachtbouwer doorbetaalde bedrag van € 270.235,=.
Volgens vaste jurisprudentie kan een bestuurder van een vennootschap persoonlijk aansprakelijk worden gehouden als hij verplichtingen in naam van de vennootschap is aangegaan, terwijl hij wist (of redelijkerwijze behoorde te begrijpen) dat de vennootschap niet aan die verplichtingen zou kunnen voldoen en ook geen verhaal meer zou bieden voor de schade. Dan is de persoonlijke aansprakelijkheid nogal evident, omdat dan in feite de vennootschap wordt misbruikt om voordeel te behalen.
De door het Gerechtshof beoordeelde situatie lijkt daarop, omdat tijdens de uitvoering van de overeenkomst zo nadrukkelijk is gevraagd om een volgende betaling. Echter, toen was nog niet duidelijk dat die betaling voor andere doeleinden zou worden gebruikt. Niettemin wordt dit handelen van de bestuurder door het Gerechtshof als een ernstig verwijt en daardoor als onrechtmatig handelen aangemerkt. Daardoor kon ook de eerste aanbetaling van € 108.360,= worden meegenomen als schade, hoewel die betaling al op 18 februari 2008 was voldaan en de vennootschap toen nog niet in betalingsmoeilijkheden verkeerde.
Deze uitspraak is bijzonder, omdat (a) op het moment van de toezegging toch nog niet duidelijk was dat de gelden voor andere bedrijfsdoeleinden zouden worden aangewend; en (b) ook een eerdere aanbetaling aan de vennootschap voor persoonlijke rekening van de bestuurder komt.
Het Gerechtshof is hier van oordeel, dat de bestuurder van de vennootschap ervoor heeft gezorgd (bewerkstelligd of toegelaten) dat een overeenkomst niet wordt nagekomen en om die reden hem een zodanig ernstig verwijt treft dat hij persoonlijk aansprakelijk wordt. Deze bestuurdersaansprakelijkheid doet zich in de huidige situatie van economische tegenspoed steeds vaker voor en dan in allerlei variaties.
Voor de volledige uitspraak, klik hier.