03.06.2019
Recht op inzage persoonsgegevens verplicht niet tot inzage in stukken of dossier
De Algemene verordening gegevensbescherming (AVG) geeft een betrokkene het recht op inzage in de persoonsgegevens die een organisatie van hem of haar verwerkt. Dit inzagerecht betekent echter niet dat de betrokkene zonder meer recht heeft op inzage in of kopieën van de stukken of dossiers als zodanig als daarin zijn of haar persoonsgegevens voorkomen. Wel bestaat een recht op een volledig overzicht, in begrijpelijke vorm, van alle persoonsgegevens.
De betekenis van het inzagerecht staat centraal in een zaak die voorlag aan de rechtbank Noord-Holland. Deze zaak draait om een verzoek tot inzage van bij de rechtbank Amsterdam aanwezige interne en externe (dossier)stukken waarin persoonsgegevens van de verzoekers voorkomen. In haar uitspraak legt de rechtbank het recht op inzage op grond van de AVG uit.
Inzagerecht volgens de AVG
De AVG (art. 15 lid 3) geeft recht op verstrekking van een kopie van de persoonsgegevens die worden verwerkt. Stukken als zodanig zijn geen persoonsgegevens en nergens in de AVG wordt gesproken over het verstrekken van een kopie van de bescheiden waarin de persoonsgegevens zijn verwerkt. Het recht op inzage betekent dan ook niet dat de betrokkene zonder meer recht heeft op inzage in of kopieën van de stukken of dossiers als zodanig als daarin zijn persoonsgegevens voorkomen. Wel bestaat een recht op een volledig overzicht, in begrijpelijke vorm, van alle persoonsgegevens. Dat wil zeggen in een vorm die de betrokkene in staat stelt kennis te nemen van zijn gegevens en te controleren of zij juist zijn en zijn verwerkt in overeenstemming met de AVG. Voor zover daaraan kan worden voldaan met een andere vorm van verstrekking kan de betrokkene aan de AVG niet het recht ontlenen om een afschrift te verkrijgen van het originele document of bestand waarin de gegevens staan. In welke concrete materiële vorm de gegevens moeten worden verstrekt is daarom afhankelijk van de concrete omstandigheden, aldus de rechtbank Noord-Holland.
Let op sectorspecifieke wet- en regelgeving!
Het recht op inzage is niet uitsluitend in de AVG vastgelegd. Ook in sectorspecifieke wet- en regelgeving kan een recht op inzage zijn geregeld. Zo geeft de Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst (WGBO) een patiënt recht op inzage en afschrift van zijn volledige medisch dossier. Dit recht is (uiteraard) niet enkel bedoeld om te controleren of de in het dossier opgenomen persoonsgegevens juist zijn. Iedere patiënt heeft het recht om zijn medisch dossier in te zien (uitzonderingen daargelaten).
Wordt aldus inzage verlangd op grond van de AVG, dan kan een organisatie in principe volstaan met verstrekking van een overzicht van de persoonsgegevens die over de betrokkene worden verwerkt (hoewel het soms praktischer kan zijn om wel de volledige stukken af te geven). Dit geldt niet als het inzageverzoek wordt gegrond op andere (sectorspecifieke) wet- en regelgeving, zoals de WGBO.
Bij ontvangst van een inzageverzoek is het dus altijd van belang vast te stellen op welke grondslag(en) inzage wordt gevraagd en waartoe de betreffende grondslag(en) verplicht(en). De strekking en reikwijdte van verschillende rechten tot inzage kunnen van elkaar afwijken.