06.02.2014
Verhoging griffierechten houdt bedrijven weg bij rechter!
De voorzitter van de Raad voor de Rechtspraak, Frits Bakker, heeft deze week gewaarschuwd voor de negatieve gevolgen van een (verdere) verhoging van de griffierechten. Uit onderzoek van de Raad voor de rechtspraak blijkt namelijk dat het aantal handelszaken met financieel belang dat door de rechter in eerste aanleg is behandeld, tussen 2010 en 2013 met 26 procent is gedaald.Het betreft hier naar alle waarschijnlijkheid zaken waarbij procespartijen een afweging maken van te verwachten kosten en baten. Bij bedrijven zal dit meestal het geval zal zijn. De analyses van de Raad voor de rechtspraak wijzen er op dat de hogere griffierecht-tarieven het beroep op de rechter bij dit soort zaken aanzienlijk hebben geremd. Frits Bakker spreekt uit dat men moet oppassen met de verhogingen van de griffierechten. Het recht functioneert niet optimaal als het niet geloofwaardig kan worden afgedwongen.
Het volledige artikel op www.rechtspraak.nl luidt als volgt:
Bedrijven zien als gevolg van de verhoging van de griffierechten (kosten voor de toegang tot de rechter) vaker af van een rechtsgang. Dat geldt met name voor incassovorderingen. Voorzitter Frits Bakker van de Raad voor de rechtspraak waarschuwt voor negatieve economische gevolgen en pleit voor een verlaging van het tarief voor relatief lage incasso-vorderingen.
Uit onderzoek van de Raad voor de rechtspraak blijkt dat het aantal handelszaken met financieel belang dat door de rechter in eerste aanleg is behandeld, tussen 2010 en 2013 met 26 procent is gedaald. Het betreft hier naar alle waarschijnlijkheid zaken waarbij procespartijen een afweging maken van te verwachten kosten en baten. Bij bedrijven zal dit meestal het geval zal zijn. De analyses van de Raad voor de rechtspraak wijzen er op dat de hogere griffierecht-tarieven het beroep op de rechter bij dit soort zaken aanzienlijk hebben geremd.
Signalen
Frits Bakker: “Wij hebben diverse signalen gekregen dat bedrijven als gevolg van de verhoging van griffierechten vaker afzien van een beroep op de rechter. Bedrijven trachten blijkbaar op andere manieren hun vorderingen te innen. Of ze zien helemaal af van een rechtsgang. De Raad voor de rechtspraak meent dan ook dat het huidige griffierecht-tarief voor relatief kleine incasso-vorderingen te hoog is en schadelijke economische gevolgen heeft. Daarom dient dit tarief te worden verlaagd.”
Frits Bakker, voorzitter van de Raad voor de rechtspraak: “Voor de economie is een goed functionerende en toegankelijke rechter van groot belang.”
Hoger dan kostprijs
In 2010 en 2011 zijn de tarieven van het griffierecht sterk gewijzigd. Met name voor procederende bedrijven betekende dit een flinke toename van het griffierecht. Het gaat daarbij met name om veelvoorkomende zaken met een financieel belang tussen de 500 en 5.000 euro. Ter illustratie: eind 2009 bedroeg het griffierecht voor bedrijven bij een incassovordering van 600 euro 158 euro. Bij een vordering van 1.500 euro was dit 208 euro. Per 1 januari 2012 is het griffierecht in beide gevallen 437 euro. Niet alleen bedrijven hebben te maken met de hogere griffierechten. Verliezende burgers krijgen ermee te maken als zij veroordeeld worden tot betaling van de griffierechten van de tegenpartij. Dit soort zaken betreft in circa 90 procent van de gevallen een vordering van een bedrijf op een burger.
Verhouding
In juni 2013 waarschuwde de Raad voor de rechtspraak in een wetgevingsadvies er al voor dat de verhouding zoek is tussen de verschuldigde griffierechten voor incassovorderingen tot een bedrag van 1.500 euro. Dat is nadelig voor het midden- en kleinbedrijf, maar ook voor de mensen die een kleine schuld niet kunnen betalen en dan na incasso met een veel grotere schuld blijven zitten. De Raad noemt dit een onwenselijke situatie en vroeg de minister het griffierecht in incassozaken bij geschillen tussen 500 en 1.500 euro substantieel te verlagen.
Wetsvoorstel
Bij de Tweede Kamer ligt momenteel een wetsvoorstel dat de griffierechten verder wil verhogen. Voor kleine geldvorderingen voor rechtspersonen gaan de tarieven naar 462 euro. In het advies van juni 2013 sprak de Raad zijn zorgen hierover uit en wees daarbij ook op de effecten van de eerdere verhoging van het tarief voor kleine geldvorderingen.
Die effecten zijn onlangs becijferd door het CBS: er is sprake van een forse afname van 20 procent van de incassozaken die aan de kantonrechter worden voorgelegd. Het CBS legt een verband met de tariefverhoging. Naar inschatting van de Raad kunnen die effecten in de komende jaren nog wel groter worden.
Dit is een ontwikkeling die zorgen baart. Als bedrijven niet meer naar de rechter stappen om kleinere geldvorderingen te verhalen omdat de kosten daarvan te hoog zijn, dan kan dat leiden tot ontduikend gedrag, omdat ‘de stok achter de deur’ ontbreekt. Dat kan voor vooral kleinere bedrijven en zzp'ers betekenen dat zij meer met niet betalende klanten worden geconfronteerd en dat kan hen in toch al economisch moeilijke tijden net over de kritische grens duwen en tot faillissementen leiden.
Geloofwaardigheid
In bredere zin maakt een en ander duidelijk dat men moet oppassen met dergelijke verhogingen. Het recht functioneert niet optimaal als het niet geloofwaardig kan worden afgedwongen. Afspraken kunnen zo hun waarde verliezen. Voor de economie is een goed functionerende en toegankelijke rechter van groot belang. Hieraan sleutelen betekent dat het risico wordt gelopen dat mensen en bedrijven ongewenst gedrag gaan vertonen.
Dit laatste is ook een waarschuwing waar het gaat om de andere verhogingen die in het wetsvoorstel zitten. Vooral de tarieven voor het voor de rechtsbescherming en kwaliteit van de rechtspraak zo belangrijke hoger beroep worden zeer fors verhoogd (soms wel verdubbeld). Het gemiddelde percentage waarmee de griffierechten worden verhoogd ligt rond de 15 procent.