Home Een zorgelijk rapport over seksuele zorg

Oswald Nunes

Tuchtrecht
/

Een zorgelijk rapport over seksuele zorg

Regionaal Tuchtcollege ’s-Hertogenbosch 23 januari 2025

ECLI:NL:TGZRSHE:2025:11

De klager in deze tuchtzaak dient bij de gemeente een aanvraag in voor bijzondere bijstand voor vergoeding van seksuele zorg. De klager geeft aan dat hij intimiteit mist en onvoldoende middelen heeft om zelf sekszorg in te kopen. De gemeente vraagt op haar beurt de beklaagde arts om te beoordelen of er sprake is van een medische noodzaak tot sekszorg. In zijn rapport beantwoordt de arts deze vraag ontkennend, waarna de klager naar het Regionaal Tuchtcollege (RTG) stapt.

Het RTG toetst het rapport aan de vaste jurisprudentie van het Centraal Tuchtcollege ten aanzien van rapporten en medische adviezen.

Het rapport voldoet volgens het RTG allereerst niet aan de eis dat het de feiten, omstandigheden en bevindingen vermeldt waarop het berust. De arts heeft in zijn rapport genoteerd dat er sprake is geweest van een huisbezoek, een lichamelijk onderzoek en een observatie, terwijl er alleen een telefonisch consult heeft plaatsgevonden. Voorts wordt in het rapport vermeld dat de arts op grond van de jurisprudentie geen medische noodzaak tot sekszorg ziet. Op de zitting bij het RTG heeft de arts evenwel aangegeven dat er geen jurisprudentie over dit onderwerp bestaat. Voor zover de arts heeft bedoeld aan te geven dat hij het verzoek heeft getoetst aan het begrip medische noodzaak is het rapport onduidelijk. Het rapport voldoet daarmee niet aan de eis dat op inzichtelijke en consistente wijze uiteen wordt gezet op welke gronden de conclusies van het rapport steunen. Tenslotte heeft de arts in zijn rapport niet gereageerd op de medische informatie die hij heeft ontvangen, waarmee het rapport ook niet inzichtelijk is en niet de bronnen vermeldt waarop het berust. Dat de klager de gelegenheid heeft gehad op het conceptrapport te reageren voordat het naar de gemeente werd gestuurd, ontheft de arts niet van zijn opdracht dat het rapport aan de CTG-richtlijnen dient te voldoen.

De klacht is gegrond. Gelet op enerzijds de mate van verwijtbaarheid en anderzijds de zelfreflectie van de arts wordt volstaan met het opleggen van een waarschuwing, ook omdat de vraag van de gemeente niet gebruikelijk en lastig te beoordelen was.

Deze uitspraak laat zien dat de tuchtrechter rapporten en medische adviezen consequent toetst aan het zogeheten rijtje van 5 van het CTG, zie hiervoor mijn eerdere blog ‘Aan welke vereisten moet een deskundigenrapport voldoen?’. Bij het opstellen van een rapport, expertise, deskundigenbericht, medisch advies of opinie is het dienstig van deze criteria kennis te nemen en te verifiëren of daaraan wordt voldaan. Dat aan deze criteria wordt voldaan moet uit het rapport of advies zelf kunnen worden opgemaakt en moet ook achteraf getoetst kunnen worden door de tuchtrechter. Er is in dit soort zaken maar één bewijs van bekwaamheid: het resultaat!

Nieuwsbrief

Altijd up to date?

Blijf op de hoogte van de laatste ontwikkelingen. Schrijf je in!

Scroll naar boven